donderdag 17 maart 2016

Josette over haar kennismaking en huwelijk met Bruno Gröning deel I







Ik, Josette Gröning geboren Dufossé, ben op 4 februari in 1921 in Gronnehem bij Lille geboren.

In augustus 1950 ging ik naar Duitsland om de volgende reden:

Ik had in Lille een vriendin, die een ernstige lever- en galaandoening had en bijna blind was. De artsen haar opgegeven. Omdat er in veel Franse kranten onder de kop 'Bruno Gröning, de Duitse wonderdokter' geschreven werd en vooral dat hij veel successen had geoogst, zochten mijn vriendin en ik, als haar  begeleidster, mijn toekomstige man in Duitsland op, om hulp voor mijn vriendin te vragen.

We troffen Bruno Gröning in München bij de natuurgenezer Enderlin. Bruno Gröning maakte toentertijd een zeer ontoegankelijke en gereserveerde indruk, zodat ik eerst best bang was en niet de moed had om hem aan te spreken. Nadat ik toch met hem gesproken had en hem de reden van ons bezoek had verteld, was hij heel aardig en vriendelijk. Hij vroeg mijn vriendin en mij om in de bijeenkomstruimte plaats te nemen en hij sprak tot de aanwezigen, die allen voor hulp gekomen waren.

Daar ik al wat Duits verstond en ook kon spreken, kon ook Bruno Gröning verstaan en ik moest tot mijn verbazing vaststellen en dat hij niet over ziektes en genezing sprak, maar over geloof en vertrouwen en over de goddelijke orde. Ik begreep toen niet waarom hij zo sprak en dat hij niemand onderzocht of een diagnose stelde. Toen ik hem daarnaar vroeg verklaarde hij ons dat hij dat nooit doet en dat het absoluut niet nodig is.

Mijn vriendin en ik bleven nog 14 dagen in München en gedurende deze periode merkte ik tot mijn ontzetting hoe Bruno Gröning uitgebuit werd, vooral door mevrouw en mijnheer Enderlin; hoe de voor Bruno Grönings bedoelde donaties (zowel geld als kleine cadeautjes en attenties) in de zakken van deze mensen verdwenen. Ik merkte dat Bruno Gröning niemand om zich heen had die eerlijk en oprecht zijn zaak behartigde. Hij was voor deze mensen enkel en alleen een melkkoe. En zo voelde ik mij verplicht om Bruno te waarschuwen voor de praktijken van de Enderlins. Tijdens een lang gesprek met Bruno Gröning erkende hij dat hij tot op heden alleen door gemene, oneerlijke mensen omgeven was, die alleen aan hem wilden verdienen. Hij had het vertrouwen in zijn hele omgeving verloren, maar eens zal de tijd komen dat een eerlijk en oprecht mens op zijn pad komt om hem bij te staan, zodat hij zich van de doortrapte zakenlieden bevrijden kan.


Wordt vervolgd.


1 opmerking: